De stad Mechelen is reeds eeuwenlang onlosmakelijk verbonden met haar kathedraal en haar toren. De Mechelaars danken er zelfs hun bijnaam aan. Het is dus niet verwonderlijk dat ook in het Stadsarchief een aantal archiefstukken bewaard worden met betrekking tot de kathedraal of het Sint-Romboutskapittel.
Vermeldenswaard zijn zeker de aquarellen van Jan-Baptist De Noter (° Walem, 1786). Zij werden tussen 1830 en 1850 gemaakt in opdracht van kanunnik Jan Schoeffer, archivaris van het aartsbisdom. De collectie Schoeffer werd in 1878 aangekocht door de stad en berust in het Mechels stadsarchief.
De prenten geven een beeld van de toestand tijdens het Ancien Régime. Na de Franse revolutie moest de kerkfabriek heel wat schilderijen, beelden, altaren en koperwerk te gelde maken om de noodzakelijke herstellingen aan de kerk te kunnen betalen. Met de huidige neogotische aankleding van de kooromgang werd aangevangen rond 1850. Toen De Noter zijn prenten maakte zat het kerkinterieur dus midden in een drastische wijziging.
Men is het er over eens dat hij zich al eens wat artistieke vrijheid permitteerde in zijn werken, dus 100% waarheidsgetrouw zijn de tekeningen niet altijd. Desondanks sluiten ze als geen ander bewaard werk het dichtst aan bij de situatie van toen.