Jules Van Nuffel werd geboren te Hemiksem op 21 maart 1883. Van 1892 tot 1903 liep hij school aan het Kleinseminarie te Mechelen. Hij leerde viool en orgel spelen en werd in 1898 benoemd tot organist in het kleinseminarie.
Geroepen tot het priesterschap vatte Jules in 1903 de studies aan in het Grootseminarie van Mechelen. Zijn muzikale vorming werd verdergezet met pedagogen als Oscar Depuydt en Alfons Desmet. Hij werd opgemerkt door Edgar Tinel en zette zijn eerste stappen als dirigent van het studentenkoor. De eerste composities dateren ook van deze tijd.
Op 25 mei 1907 werd Van Nuffel door kardinaal Mercier tot priester gewijd. Hij werd aangesteld als leraar muziek in het kleinseminarie en kreeg ook de toelating om lessen te volgen in het Mechels Interdiocesaan Instituut voor Kerkmuziek, beter bekend onder de naam Lemmensinstituut.
Op 26 juli 1916, tijdens de Duitse bezetting, voerde een studentenkoor onder leiding van Van Nuffel in de Sint-Romboutskathedraal de door hem onlangs getoondichte psalm Super flumina Babylonis uit. De tekst en de muzikale inkleding vertolkte zeer treffend de gedrukte en opstandige stemming van de bevolking. De bijval was enorm en legde de basis voor de oprichting van het Sint-Romboutskoor, dat onder Van Nuffels leiding werd geplaatst. In 1918 volgde zijn aanstelling tot directeur van het Lemmensinstituut.
Het Sint-Romboutskoor en zijn dirigent ontwikkelden grote naam en faam in het interbellum. Zij werden steevast uitgenodigd voor de opluistering van kerkelijke plechtigheden aan het Koninklijk Hof. Het koor maakte buitenlandse concertreizen, waarvan de grote reis naar Italië in 1934 - met een optreden in aanwezigheid van de paus - een ware triomftocht werd.
Ontdek een reisverslag van de Groote Italiëreis van 1934 !
Met dit machtig koor als instrument kon Van Nuffel zijn ideeën uitdragen betreffende de uitvoering van het Gregoriaans en de polyfonie. Zijn grootste composities, zoals de psalmen en het Te Deum, kwamen ook in deze periode tot stand en werden geschreven met de mogelijkheden van een groot kathedraalkoor in het achterhoofd. Ook het Lemmensinstituut groeide en bloeide onder het directeurschap van Jules Van Nuffel tot een muziekhogeschool met internationale faam. De beste leerlingen, zoals Henri Durieux, Marinus de Jong, Flor Peeters of Staf Nees vervoegden het lerarenkorps.
Samen met Gustaaf Van Doorslaer en Charles Van den Borren zette hij het project op om de werken van de zestiende-eeuwse Mechelse polyfonist Philippus De Monte op te sporen en te publiceren. In 1933 werd de inmiddels tot kanunnik benoemde Van Nuffel ook aangesteld als lector in de muziekgeschiedenis aan de Leuvense universiteit.
Tijdens de tweede wereldoorlog gaf hij leiding aan het project van de Nova Organi Harmonia, waarbij orgelbeleidingen werden geschreven bij gregoriaanse zangen. De bevrijding inspireerde hem tot een groots Te Deum, dat zijn feestelijke uitvoering kreeg ter gelegenheid van de grootse hulde die in Mechelen werd georganiseerd op 19 mei 1946 naar aanleiding van de dertigste verjaardag van het Sint-Romboutskoor. Van Nuffel ontving er van kardinaal Van Roey de kerkelijke eretitel van Geheim Kamerheer van de Paus en mocht voortaan als Monseigneur worden aangesproken.
Na een beroerte in augustus 1952 werd Mgr. Van Nuffel opgenomen in het Sint-Augustinusziekenhuis te Wilrijk, waar hij op 25 juni 1953 zachtjes is overleden.
In overeenstemming met de levensmissie om de kerkmuziek te bevorderen en te moderniseren, beperkt de muzikale nalatenschap van Van Nuffel zich, op enkele uitzonderingen na, tot vocaal religieus werk met of zonder orgelbegeleiding. Zijn muziek blijft verrassend modern klinken. Men heeft er invloeden in teruggevonden van het Gregoriaans, van Bruckner, Wagner en Debussy, maar steeds dienen critici te erkennen dat de muziek zeer oorspronkelijk én herkenbaar is.
Jules Van Nuffel was tijdens zijn leven een beroemdheid in katholiek-culturele middens in België. De herinnering aan deze persoonlijkheid verdween geleidelijk met de ontkerkelijking van de volgende generaties. Maar zijn toondichterschap is overeind gebleven en weet steeds nieuwe toehoorders te begeesteren.
Tekst : Koen Vits. Voor deze korte biografische schets werd geput uit het boek dat Eugeen Van Nuffel in 1967 over zijn oudere broer schreef, getiteld “Mgr Jules Van Nuffel 1883-1953 – Herinneringen, getuigenissen en documenten”.